Kim Beumer is al zeventien jaar werkzaam in de advocatuur en heeft vijftien jaar geleden haar eigen advocatenkantoor opgericht in Zuid-Holland, genaamd Beumer Advocaten en Mediators. Het kantoor is de afgelopen tijd gegroeid: er zijn momenteel negen dames werkzaam. ‘’Dit is niet bewust zo gegaan, maar inmiddels is dit wel een soort ‘gimmick’ geworden.’’ Het kantoor houdt zich erg bezig met marketing. Zo heeft mevrouw Beumer 4.600 volgers op Instagram en het kantoor zelf 2.000. De laatste vijf jaar is ze zich gaan toeleggen op het personen- en familierecht en erfrecht. Verder heeft Kim een dochtertje van acht en is ze wonend in Goeree-Overflakkee.
Heeft u altijd al rechten willen studeren? En waarom bent u rechten gaan studeren?
‘’Ik was al twaalf toen ik riep dat ik rechten wilde studeren. Toen had ik wel nog het idee dat het een heel ‘sexy’ beroep zou zijn, omdat ik toch ook was afgegaan op alles wat ik zag op televisie. Als je dan eenmaal rechten gaat studeren, is het toch wat droger dan dat je je in eerste instantie voorstelt. Ik ambieerde eerst een carrière als bedrijfsjurist. Ik wist namelijk niet of ik wel zin had om daarna een driejarige praktijkopleiding te doen. Toch heb ik besloten om dit wel te gaan doen en ben ik alsnog de advocatuur ingerold. Dit bleek uiteindelijk goed bij me te passen!’’
Hoe zou u uw studententijd omschrijven? Heeft u diverse banen gehad tijdens uw studie die u hebben voorbereid op uw werk en was u hier veel mee bezig tijdens uw studententijd?
‘’Nee, eigenlijk niet heel erg. Ik heb vooral een heel leuke tijd gehad. Ik vond het voornamelijk belangrijk dat ik de studie in een korte tijd kon afronden en dit heb ik dan ook binnen vier jaar gedaan. Ik heb naast mijn studie uiteraard wel gewerkt, maar dit was niet per se in een juridische hoek. Wel ben ik lid geweest van de JFR: de Juridische Faculteitsvereniging van de Erasmusuniversiteit. Ik heb bewust niet gekozen voor lidmaatschap van en studentenvereniging. Ik wilde namelijk geen studievertraging oplopen.’’
Zou u rechtenstudenten aanraden om een bijbaan in het juridische veld te zoeken of is er iets anders wat u rechtenstudenten zou aanraden?
‘’Ja ik juich dit zeker toe! Het is naar mijn idee ook veel belangrijker geworden om al wat ervaring te hebben binnen het juridische veld dan vroeger. Ik heb zelf na mijn studie ook ervaren dat ik geen idee had wat er precies van mij verwacht werd. Het verschil tussen de praktijk en theorie is namelijk heel groot. Als je gedurende je studententijd al werkzaam bent binnen het juridische werkgebied, kun je hier al een veel betere voorstelling van maken en ook van de keuzes die je gaat maken na je studie. Wat past bij mij? Welke rechtsgebieden vind ik leuk? Is de advocatuur iets wat mij aanspreekt? Doordat je er tijdens je studie al van gaat proeven, kan je een veel meer weloverwogen keuze maken. Ook voor potentiële werkgevers is het fijn als er iemand komt werken die enigszins zicht heeft op wat er van hem of haar verwacht wordt.’’
U bent vaak op tv te zien. Merkt u dat de media-aandacht invloed heeft op uw werk?
‘’De media-aandacht kost tijd. Dit betekent dat je veel dingen ‘s avonds of in je eigen tijd doet. Het heeft ook invloed op je werk: je creëert een veel omvangrijker werkgebied voor jezelf, omdat je zichtbaarder bent. Hierdoor weten mensen je sneller te benaderen en te vinden. Je krijgt hierdoor veel internationale cliënten, dit is heel positief eraan. Echter, het negatieve eraan is dat mensen wel wat van je vinden, omdat je dit doet. Zeker in de advocatuur is het niet gebruikelijk om dit te doen. We hebben een beetje een Amerikaanse manier van doen en daar vinden mensen wat van. Dit zegt natuurlijk niks over de deskundigheid van ons kantoor.”
Hoe bent u terechtgekomen bij het personen- en familierecht?
‘’Ik heb bij grotere kantoren gesolliciteerd, maar ik kan vrij slecht omgaan met hiërarchie en merkte dat deze sfeer toch heerste binnen deze kantoren. Ik wilde graag snel zelf al dossiers afhandelen en klanten te woord staan. Uiteindelijk ben ik met deze reden begonnen met werken bij een vrij klein kantoor. Dit kantoor had nog een algemene rechtspraktijk. Dit betekent dat je als een soort huisarts fungeert: iedereen komt met allerlei problemen bij je aan en dit probeer je zo goed mogelijk op te lossen. Zo ben ik ook in aanraking gekomen met het personen- en familierecht. Dit rechtsgebied trok mij eigenlijk gelijk erg aan. Mede doordat er veel procedures worden gevoerd binnen dit rechtsgebied en ik het zeer leuk vind om mensen bij te staan. Daarnaast vind ik het aspect vermogensafwikkeling binnen het personen- en familierecht heel interessant. Binnen dit kantoor ben ik mijn interesse voor dit gebied gaan uitbouwen. Toen ik later voor mezelf ben begonnen, heb ik de algemene rechtspraktijk aangehouden. Uiteindelijk ben ik me toch gaan specialiseren. Dit is belangrijk, omdat je jezelf dan kunt onderscheiden en zo echt goed in iets kunt worden.’’
Wat vindt u minder leuk aan de advocatuur?
‘’Af en toe heb ik een haat-liefdeverhouding met de advocatuur, zeker als ik tot diep in de nacht stukken moet doorspitten. De tijdsdruk en het niveau waarop je moet presteren is wel een minder leuke kant ervan. Het is daarentegen ook een heel mooi vak en ik heb ook wel echt een juridisch hart.’’
Kunt u vertellen over een zaak die u het meest is bijgebleven?
‘’Ik heb zaken die me altijd bij zullen blijven. In een bepaald geval kwam iemand bij me die volledig verrast was door de beslissing van de echtgenoot om een einde van hun huwelijk te willen, diegene zat er compleet doorheen. Hierdoor kon diegene niet meer goed nadenken over wat belangrijk was op financieel gebied. Als je iemand kan helpen en ook een mooie regeling kan treffen, is dit wel iets wat me bijblijft. Ik ben erg betrokken en blijf ook contact houden met de cliënten en ik ben blij dat het zo is afgelopen. Maar ik mag natuurlijk niet te veel over zaken zeggen, omdat het privé is.’’
Vindt u het lastig dat het soms ook voor uzelf emotioneel kan worden, wanneer u erg betrokken bent bij een cliënt?
‘’Ja dit is wel eens lastig. Je probeert er ook een privéleven op na te houden. Mensen bellen me soms ook in het weekend. Je geeft eigenlijk veel energie aan mensen, die weinig energie terug kunnen geven op dat moment. Vrouwen zijn bijvoorbeeld vaak wat emotioneler dan mannelijke ondernemers, maar die maken zich weer op een andere manier zorgen. Je moet zorgen dat je er afstand van kan nemen en dat is soms wel eens een lastige balans.’’
Heeft u nog ambities om verder te gaan in andere rechtsgebieden?
‘’Die ambitie is er niet. Ik merk zelf dat er een bepaald beeld bestaat over het familierecht: men denkt vaak dat het redelijk simpel is. Dit is absoluut niet zo, omdat je heel veel moet weten van andere rechtsgebieden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de vraag of er dividend uitgekeerd kan worden in het kader van alimentatie. Je moet ook een zekere kennis hebben van het vermogensrecht en het faillissementsrecht. Dit zijn aspecten die het een uitdagend vakgebied maken. Het is dan ook een gebied waar echte specialisten werkzaam zijn, zeker als er grote belangen gemoeid zijn. Mijn ambitie is dus om in dit gebied te blijven werken, maar wel een van de beste kantoren van Nederland te zijn hierin.’’
Hoe is het om een eigen advocatenkantoor te hebben?
‘’Het is leuk! Ik doe het nu vijftien jaar. Ik ben eigenlijk begonnen zonder business- en vijfjarenplan. De gedachte waarmee ik ben begonnen was eigenlijk: ‘Wat jullie kunnen, kan ik ook!’. Ik ben weggegaan bij het kantoor waar ik destijds werkzaam was, heb de secretaresse meegenomen en ben een pand gaan huren. Gaandeweg is er een visie ontstaan over hoe ik de toekomst zag. Ik ben trots en tevreden met wat ik tot nu toe heb neergezet. Wel wil ik benadrukken dat ik dit zeker niet alleen heb bereikt! Ik heb dit kunnen doen, mede door de medewerkers van het kantoor. Het is ook heel fijn om onderdeel uit te maken van een team!’’
Wat vond het advocatenkantoor waar u werkzaam was van uw vertrek?
‘’Het advocatenkantoor waar ik wegging was hierdoor niet geamuseerd. Ik was een goede medewerker die zorgde voor een mooie omzet. Ze waren bang dat ik klanten zou meenemen. Het vertrek daar is niet prettig geweest.’’
Hoe was de overstap van een middelgroot advocatenkantoor naar het hebben van een eigen advocatenkantoor?
‘’Ik was vrij jong en kwam niet uit een gezin met ondernemers, dus het was wel een enorme stap die ik heb genomen. Het was zeer spannend en eng. Je bent echt het wiel aan het uitvinden op sommige vlakken, maar daar leer je anderzijds ook veel van.’’
Hoe ervaart u de werkdruk binnen de advocatuur en uw huidige kantoor?
‘’Die is pittig! Dit heeft er ook mee te maken dat ik een procespraktijk voer. Dit betekent dat je vaak met termijnen werkt en te maken krijgt met zittingsverplichtingen, waardoor de rechtbank mijn agenda bepaalt. Dit zorgt voor een bepaalde werkdruk. Daarnaast is het een vakgebied waar je ook te maken krijgt met de menselijke psyche, omdat mensen door veel emoties gaan. Dus mensen doen ook een appel op je sociaal-emotionele vaardigheden naast je juridische kennis. Soms moet je mensen er echt doorheen slepen.’’
Is er een verschil te merken tussen de werkdruk op uw eigen kantoor en op het kantoor waar u voorheen werkte?
‘’Nee, maar dit komt door mijzelf. Ik maak waarschijnlijk nog steeds de meeste uren op kantoor. De zaken zijn ook alleen maar omvangrijker geworden en meer complex. De druk is wel anders, maar niet minder.’’
Zijn er juristen of advocaten waar u tegen opkijkt? Zo ja, wie en waarom?
‘’Misschien een beetje arrogant, maar op dit moment eigenlijk niet meer. Tenminste, niet meer in mijn vakgebied. Vroeger keek ik heel erg op tegen een bepaald kantoor, maar hier doe ik nu zelf veel zaken tegen en ben ik bevriend met collega’s die daar werken.’’
Wat maakt een goede advocaat of jurist?
‘’Ten eerste kennis van het recht, dus kennis van het rechtsgebied. Je juridische kennis moet up to date zijn: van de wet en ook van de jurisprudentie en de toepasselijkheid daarvan. Je bent nooit uitgeleerd. Daarnaast vind ik dat een goede advocaat of jurist ook maakt dat je strategisch goed kan denken. Het gaat om hoe je het doel dat je juridisch weet te onderbouwen, gaat bereiken. Het gaat om een stukje strategie en overredingskracht, zeker als je gaat procederen bij de rechter. Ook is timing belangrijk: hoe je iets uitdenkt en hoe betrokken je bent bij je cliënt. Wat mijn kantoor onderscheidt is dat wij heel erg met onze cliënten meegaan, we denken heel erg mee.’’